Standbeeld
Vandaag het Gerrit Achterbergsymposium. Het begon met de dode pop die ik vorig jaar voor het eerst tegenover het museum de Mannenzaal in het water zag staan. Ze staat er nog steeds. Alleen nu zo groen uitgeslagen dat ze bijna een rokje van vijgenblad droeg Ook was de tuinslang verdwenen. Achterberg had dit wel kunnen duiden in een fraai maar duister gedicht waar de volgende generatie zich het hoofd over kan breken.. Iets in de trant van zijn STANDBEELD
Een lichaam, blind van slaap,
staat in mijn armen op.
Ik voel hoe zwaar het gaat.
Dodepop.
Ik ben een eeuwigheid te laat.
Waar is je harteklop?
De dikke nacht houdt ons bijeen
en maakt ons met elkaar compact.
‘Om Godswil laat mij niet meer los;
mijn benen zijn geknakt’,
fluister je aan mijn borst.Het is of ik de aarde tors.
En langzaam kruipt het mos
over ons standbeeld heen.